Tips vriezer opslag
Investeer in een thermometer.
De voedsel en waren autoriteit zegt dat je de vriezer op minimaal -17 graden Celsius moet houden. Wanneer je dit niet doet kan je eten sneller bederven. Koop dus een vriezer met thermometer of koop er eentje los. Liebherr diepvriezers hebben bijna altijd een ingebouwde thermometer met display in hun vriezers.
Wikkel het goed in.
Het etiket “vriezer” op plastic zakken, voedsel wrap, of containers geven aan dat ze bestand zijn tegen koude temperaturen, houden vocht buiten, en smaken binnen.
Controleer uw glaswerk.
Vriezen in glas? Kies voor conservenblikken die gemaakt zijn van gehard glas of containers met de aanduiding “freezer safe”. Laat minstens een centimeter aan de bovenkant zitten om uit te zetten.
Denk aan vierkanten en rechthoeken.
Als u een keuze heeft, zullen vierkante containers efficiënter worden gestapeld. Vul diepvrieszakken efficiënt door ze plat op een bakplaat te leggen en ze te laten bevriezen in dunne rechthoeken die gestapeld kunnen worden – in tegenstelling tot blobbige waterballonvormen.
Ruimte om te ademen.
Als je iets als een grote lasagne invriest, geef het dan de ruimte zodat er koude lucht omheen kan circuleren en vries het snel in. Eenmaal ingevroren kan het voedsel dan dichter bij elkaar worden ingepakt.
Etiket en datum.
Dit is handig om mijn houdbaarheidsdatum te bewaren. De meeste artikelen kunnen tot 3 maanden worden ingevroren, andere langer zoals aangegeven op de verpakking. En, als je een grote diepvriezer hebt, overweeg dan om een aparte lijst bij te houden van wat er in zit.
Beperk de blootstelling aan de lucht.
Dit zal helpen om verbranding van de vriezer te voorkomen. Als u items in zakken invriest, verwijder dan zoveel mogelijk voor het sealen. Verpak items indien mogelijk dubbel door ze eerst in plastic of aluminiumfolie te wikkelen en ze vervolgens in een diepvriesveilige container te plaatsen.
Vries niets opnieuw in dat eenmaal ontdooid is.
De kwaliteit van het artikel gaat gewoon achteruit en in sommige gevallen, vooral met vlees en gevogelte kunnen bacteriën in het voedsel terechtkomen.